Steeds meer consumenten worden zich bewust van de negatieve impact die bedrijven op het milieu hebben en vinden het hierdoor steeds belangrijker om duurzame keuzes te maken. Vaak zijn ze zelfs bereid om daar meer geld voor neer te leggen. Nu is het zo dat sommige bedrijven een graantje mee willen pikken van de toenemende populariteit van duurzaamheid en zich schuldig maken aan greenwashing. En helaas gebeurt dat ook in de financiële wereld.
De definitie van greenwashing
Bedrijven die zich schuldig maken aan greenwashing, doen zich groener en duurzamer voor dan ze eigenlijk zijn. Het wordt gezien als een marketingtruc van bedrijven om consumenten te misleiden die liever goederen en diensten van milieubewuste merken kopen.
In andere woorden: deze bedrijven roepen heel hard dat ze bezig zijn met duurzaamheid, terwijl ze in werkelijkheid nog niet zo groen zijn. Ze tonen woorden, maar geen daden. Consumenten denken hierdoor een duurzame aankoop te doen, terwijl dit eigenlijk helemaal niet zo is.
Doordat consumenten bewuster worden, maken bedrijven zich op steeds grotere schaal schuldig aan greenwashing. Uit een onderzoek van de Europese Commissie en de consumentenautoriteiten in EU-landen, blijkt zelfs dat 40% van de duurzame claims van bedrijven onbewezen is.
Het onderzoek toont bijvoorbeeld aan dat bedrijven vage begrippen als bewust, milieuvriendelijk en duurzaam zonder verdere onderbouwing gebruiken. Vaak ontbreekt het bewijs om de bewering te controleren of is dit bewijs heel moeilijk te vinden.
Voorbeelden van greenwashing
Hoe ziet greenwashing er in de praktijk uit? Het heeft niet één gezicht, maar komt helaas in alle sectoren en op verschillende manieren voor. Een voorbeeld van greenwashing is dat veel energiemaatschappijen volgens de Consumentenbond grijze stroom inkopen en deze als zogenaamd groene energie leveren. Dit jaar werden Greenchoice en Vattenfall op het matje geroepen door de Autoriteit Consument & Markt (ACM), omdat ze zichzelf en hun producten zonder juiste onderbouwing als milieuvriendelijk bestempelden.
Maar niet alleen de energiesector heeft last van greenwashing, ook in de kledingindustrie gaat het vaak mis. Deze sector is één van de meest vervuilende ter wereld. Fast fashion ketens spelen in op de toenemende populariteit van duurzaamheid door duurzame lijnen uit te brengen.
Neem de Conscious-lijn van H&M bijvoorbeeld. Met deze kledinglijn promootte H&M het idee dat het merk duurzamer ging produceren. De kledinglijn bestaat volgens H&M zelf uit producten die zijn gemaakt met extra aandacht voor de planeet. Desondanks verdient H&M miljoenen met fast fashion, wat zorgt voor bergen afval, veel CO2-uitstoot én watervervuiling. Dat strookt niet met elkaar. Na een berisping van de ACM verwijderde de keten dan ook de Conscious indicator van haar producten.
Ook Coca-Cola staat op de lijst van ‘greenwashers’. Vier jaar lang staat het bedrijf namelijk al op plek één in de lijst van grootste plasticvervuilers ter wereld. Desondanks beweerde Coca-Cola dat het uiterlijk in 2030 elke plasticfles die het bedrijf vervaardigd heeft terug zal krijgen om te recyclen.
Daarnaast doen ook oliemaatschappijen een duit in het zakje op het gebied van greenwashing. Zo’n beetje elke associatie die zij maken met duurzaamheid staat natuurlijk haaks op de business waarmee zij hun geld verdienen. De afgelopen tijd werd Shell maar liefst 3 keer berispt door de Reclame Code Commissie voor hun ‘duurzame’ reclames.
De laatste reclame-uiting ‘Maak het verschil. Compenseer CO2-uitstoot’ is volgens de commissie ‘onjuist en misleidend’. Eerder stelde dezelfde commissie al dat Shell zichzelf niet ‘één van de grootste aanjagers van de energietransitie’ mag noemen. En ook de door Shell en BP gesponsorde natuurfilm ‘Wild Port of Europe’, die gaat over de natuur in de Rotterdamse haven, wordt gezien als de definitie van greenwashing.
Strijd tegen greenwashing in de financiële wereld
Ook in de financiële sector komt greenwashing voor. Zo hebben ‘s werelds grootste banken vorig jaar bijvoorbeeld $742 miljard in kolen en olie geïnvesteerd, terwijl ze tegelijkertijd publiekelijk aankondigden ambitieuze klimaatdoelen te hebben.
En op het moment van schrijven wordt er onderzoek gedaan naar de grootste bank van Canada, RBC, vanwege het mogelijk misleiden van klanten. De bank zou claimen om een van de grootste duurzame spelers van Canada te worden, maar blijft wel investeren in fossiele brandstoffen.
Om het makkelijker te maken om greenwashing in de financiële wereld te herkennen, is sinds 10 maart 2022 de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SDFR) in werking getreden. Dit is een reeks aan Europese richtlijnen die voor meer transparantie zorgt bij financiële partijen. De SDFR verwacht van financiële partijen dat ze via hun website communiceren over hoe duurzaam hun beleggingen zijn.
Hierbij is het belangrijk dat ze dit allemaal op dezelfde manier doen, zodat (potentiële) klanten de aanpak en resultaten van verschillende partijen met elkaar kunnen vergelijken. Want als elke partij zijn eigen maatstaf gebruikt, is het onmogelijk om in te schatten op basis van welke criteria een belegging als duurzaam wordt gezien.
Ook bij Semmie zijn we aan de SFDR-wetgeving gebonden. En voor de transparantie naar onze klanten toe hebben we daarom ook een duurzaamheidsverklaring online gezet. Daarin valt te lezen waarop de duurzaamheidsscore is gebaseerd.
De hele wereld laten profiteren
De overgang naar een duurzamere samenleving is één van de belangrijkste uitdagingen van deze tijd. Het is belangrijk dat er geld stroomt naar bedrijven die het beste voor hebben met mens, milieu en de maatschappij. Zodat niet alleen onze klanten, maar de hele wereld hiervan kan profiteren.
Daarbij is het belangrijk om scherp te blijven op greenwashing. Daarom is het goed dat bedrijven die zich er schuldig aan maken aangepakt worden. Zo wordt duurzaamheid geen marketingtool, maar de norm.