Niet alleen je spaargeld, ook je beleggingen worden gezien als vermogen. Daardoor is er een kans dat ook jij belasting moet betalen over de beleggingen die je in bezit hebt. Hoe dat precies in zijn werking gaat leggen we uit in dit artikel.
Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker… dat is het credo van de Belastingdienst. Dat is dezelfde organisatie waarbij we elk jaar vanaf 1 maart onze aangifte inkomstenbelasting mogen (of moeten) doen.
Als je in Nederland woonachtig bent, telt al het geld op je spaarrekeningen, betaalrekeningen, cryptorekeningen en ook je beleggingsrekeningen mee als vermogen voor de inkomstenbelasting. De Belastingdienst wil namelijk weten hoeveel vermogen jij bezit om te kijken of er belasting over geheven kan worden.
Dit vermogen wordt door de Belastingdienst ingedeeld in box 3 van de inkomstenbelasting. Deze inkomstenbelasting bestaat in totaal uit drie boxen:
Je hoeft gelukkig niet over al je vermogen belasting te betalen, er is een deel vrijgesteld van belasting. Dit is het heffingsvrij vermogen. Dit betekent dat wanneer je totale vermogen onder dit bedrag blijft je geen belasting hoeft te betalen. Dat geldt voor iedereen, ongeacht hoeveel je spaart en/of hoeveel je belegt.
In 2023 is dit bedrag €57.000. Dat betekent dat wanneer je in totaal minder dan (of precies) €57.000 aan spaargeld en/of beleggingen bezit je sowieso geen belasting over dat bedrag hoeft te betalen. Komt je vermogen wel boven die €57.000 uit, dan betaal je alleen belasting over het bedrag boven die drempel.
Stel je totale vermogen in box 3 is €70.000. Het heffingsvrij vermogen bedraagt momenteel €57.000. Je betaalt dan dus belasting over €70.000 - €57.000 = €13.000.
Wat hierbij belangrijk is om te weten is dat wanneer je een fiscaal partner hebt, het heffingsvrij vermogen verdubbelt naar €114.000. Zouden jullie het bedrag in bovenstaande voorbeeld samen bezitten, dan zouden jullie er dus geen belasting over hoeven te betalen.
Om te berekenen hoeveel belasting je moet betalen is het van belang om je schulden, je spaargeld én je beleggingen (je vermogen in box 3) bijeen te nemen.
De Belastingdienst verwacht dat je over je vermogen in box 3 rendement behaalt. Er wordt hierbij gekeken naar het spaargeld, overige bezittingen (waar je beleggingen onder vallen), en schulden. Je schulden tel je trouwens niet op bij je bezittingen, maar trek je ervan af. Bij elk van die 3 categorieën rekent de Belastingdienst met verschillende percentages:
Momenteel wordt er echter van uitgegaan dat:
Om tot de belasting in box 3 te komen voor 2023 moet er gerekend worden. Hiervoor moeten eerst een aantal waardes worden bepaald. Dit zijn:
Uiteindelijk wordt de grondslag dan weer vermenigvuldigd met het rendementspercentage. En het bedrag dat hier uitkomt is het inkomen uit vermogen, waar jij dan weer 32% belasting over moet betalen.
We snappen dat het misschien al een beetje kan duizelen, dus daarom een rekenvoorbeeld om alles duidelijker te maken. De cijfers waarmee gerekend wordt komen van de Belastingdienst.
Dylan heeft op 1 januari 2023 de volgende bezittingen en schulden:
Allereerst moeten de mogelijke rendementen (of rente) berekend worden. Hierbij wordt uitgegaan van vaste percentages:
Het totaal hiervan is spaargeld + beleggingen – schulden = €288 + €3.085 - €123 = €3.250.
Vervolgens wordt het rendementspercentage berekend. Hiervoor deel je het bovenstaande totaal door de grondslag.
De grondslag is spaargeld + beleggingen - schulden. Dat is: €80.000 + €50.000 - €5.000 = €125.000.
De berekening is dan als volgt:
Rendementspercentage = €3.250 / €125.000 = 2,6%
De een na laatste stap is om het bovenstaande rendementspercentage te vermenigvuldigen met de grondslag sparen en beleggen (dat is grondslag minus het heffingsvrij vermogen).
De grondslag – het heffingsvrij vermogen (voor 2023 is deze gesteld op €57.000) = €125.000 – €57.000 = €68.000.
2,6% van €68.000 = €1.768.
En dit is het uiteindelijke bedrag waar je belasting over moet betalen. 32% welteverstaan. In het bovenstaande voorbeeld moet Dylan dan uiteindelijk (32% van €1.768 =) €565,73 belasting betalen.
Naast de vermogensbelasting is er nog een ander type belasting welke een belangrijke rol speelt: de dividendbelasting. Wanneer dit wordt gedaan en hoeveel dit is, is per fonds verschillend en afhankelijk van resultaat. Dividendbelasting kun je jaarlijks tot op bepaalde hoogte terugvragen bij de Belastingdienst. Om te weten hoeveel dividend jij ontvangt, kijk je op het jaaroverzicht van je broker of vermogensbeheerder.
Beleg je voor je pensioen, dan beleg je via een lijfrenterekening. Bij een lijfrenterekening werkt de dividendbelasting en het terugkrijgen net iets anders. Je kunt de dividendbelasting niet verrekenen in jouw aangifte inkomstenbelasting. Voor het niet kunnen verrekenen van de dividendbelasting krijgt je ter compensatie het dividend bruto uitgekeerd. Dividenden worden daarna automatisch herbelegd.
Dit artikel is geoptimaliseerd voor 2023, wijzigingen in cijfers kunnen andere uitkomsten geven. Semmie geeft daarnaast geen belastingadvies. Heb je specifieke vragen of wil je meer advies inwinnen over belasting en beleggen? Neem dan contact op met de Belastingdienst of je persoonlijke belastingadviseur. Wil je meer weten van Semmie? Neem dan contact met ons op via de chat. We zijn 7 dagen per week van 8.00 tot 22.00 uur bereikbaar!
Thomas verdiept zich graag in ingewikkelde beleggingsmaterie. Door zijn creativiteit kan hij een verhaal altijd op de Semmie-manier overbrengen op de lezer: helder, toegankelijk en to-the-point.
Wij beleggen voor jou. Met helder inzicht in onze beleggingskeuzes, één duidelijke fee en eerlijk rendement.
Hoe werkt het