Inflatie begint aan daling

Door Koen Kersten op 1 juni 2022, leestijd: 5 minuten

We hebben wederom een beweeglijke beursmaand achter de rug. Na een stroeve start werd wel aan het eind van de maand een mooi herstel ingezet. De reden voor dat herstel? De Amerikaanse inflatie lijkt af te zwakken en dat had een positief effect op de financiële markten. De inflatie blijf echter nog wel hoog en het sentiment onzeker.

De maand mei in het kort:
  • De dollar profiteert als veilige haven flink van de toenemende onzekerheid;
  • De Amerikaanse inflatie zwakt af, dat geeft beleggers vertrouwen en dat was terug te zien in de koersen;
  • Met de toetreding van Finland en Zweden wordt gaat de NAVO uit 32 lidstaten bestaan. De uitbreiding versterkt het Europese pact tegen Russische agressie;
  • Opkomende markten lijden onder de hoge voedselprijzen. Dit kan voor onrust zorgen.
  • Semmie heeft vertrouwen voor de tweede helft van 2022, zeker nu de inflatie lijkt te zijn gepiekt.

De opmars van de dollar

In tijden van onzekerheid wordt gezocht naar houvast. Grote beleggers zoeken dan naar beleggingen waarin ze hun geld veilig kunnen stallen: de zogenaamde veilige havens. Het kenmerk van een veilige haven is dat de belegging weinig of niet in waarde daalt in tijden van onrust; het is een waardevaste belegging. Een bekende veilige haven is goud: het is een schaars goed en zal daarom niet snel in waarde dalen. Een andere belangrijke veilige haven is de Amerikaanse dollar; en die munt is de afgelopen tijd flink in waarde toegenomen (afgezet tegen andere valuta).

Ontwikkeling koers euro/dollar afgelopen jaar:

Dat de waarde van de dollar flink is gestegen heeft alles te maken met de houding van de Amerikaanse centrale bank, de Fed. De Fed is van plan om de rente in een snel tempo te gaan verhogen om de inflatie af te remmen. De renteverhoging zorgt voor een hogere dollarkoers omdat de vraag naar de dollar daardoor sterk toeneemt.

Het is namelijk zo dat een hogere rente op nieuw uitgegeven obligaties zorgt voor een toenemende vraag onder beleggers die op zoek zijn naar een mooi rendement. Omdat andere centrale banken (zoals de Europese Centrale Bank) minder resoluut handelen, is de dollar aan een flinke opmars bezig. Zo is de Amerikaanse dollar het afgelopen jaar al met 12% gestegen ten opzichte van de euro.

Toen de president van de Europese Centrale Bank, Christine Lagarde eindelijk ook aangaf dat de ECB de rente gaat verhogen werd een deel van de opmars van de dollar tenietgedaan.

Veel Europese ondernemingen zagen door de sterke dollar hun kosten stijgen omdat de prijs van ingevoerde olie en de meeste andere grondstoffen in dollars wordt uitgedrukt. En die kosten kunnen niet altijd worden doorgerekend in de verkoopprijzen.

Niet alleen Europese bedrijven hebben last van de sterke dollar, ook de opkomende markten lijken hier last van te ondervinden: een groot deel van hun schuld is namelijk in dollars. Stijgt de Amerikaanse rente, dan zullen ze dus extra rente over hun schuld moeten betalen. Waar de Amerikaanse dollar de afgelopen maanden flink in waarde steeg, daalden de Amerikaanse beurskoersen. Flinke onzekerheid over de hoge inflatie maakte beleggers afwachtend.

Acht weken op rij daalde de Amerikaanse beurs dan ook. Tot vorige week, toen behaalde Wall Street zijn grootste weekwinst in anderhalf jaar: een stijging van meer dan 6%. De reden hiervoor? De Amerikaanse inflatie lijkt af te zwakken. De Amerikaanse inflatie was in april gedaald naar 6,3%, tegenover 6,6% in maart. Economen denken dat in de Verenigde Staten de piek van de inflatie achter de rug ligt. Daardoor kan dus de blik weer op de toekomst worden gericht en veel koopjagers stapten weer in.

Europees front tegen Rusland wordt mogelijk sterker

In een maand waarin het nieuws rondom de oorlog in Oekraïne steeds meer naar de achtergrond verschuift, gebeurde er iets historisch: de neutrale landen Finland en Zweden willen zich aansluiten bij de NAVO.

De oorlog in Oekraïne is hierin allesbepalend geweest. De angst voor een Russische inval in beide Scandinavische landen is groot, en door het NAVO-lidmaatschap aan te vragen zorgen Finland en Zweden ervoor dat ze bij een eventuele Russische inval de steun krijgen van de overige NAVO-lidstaten.

De volledige draai die beide landen hebben gemaakt lijkt de zoveelste grote tegenslag voor de Russische president Poetin: hij wilde profiteren van een ‘zwakke’ NAVO. Jaren van rust hadden de NAVO min of meer in slaap gesust en het is nog maar 3 jaar geleden dat de Amerikaanse president Trump de NAVO wilde verlaten.

Met de toetreding van Finland en Zweden is de NAVO juist sterker dan ooit en heeft het bijna de volledige controle over de, strategisch belangrijke, Baltische zee. Voor Europa is dit een welkome toevoeging voor een betere bescherming tegen (toekomstige) Russische agressie.

Een uitdaging waar de NAVO in de toekomst wel mee te maken krijgt is dat de neuzen dezelfde kanten op moeten blijven staan. De NAVO kent momenteel 30 lidstaten, met Finland en Zweden erbij worden dit er 32. Om beslissingen te maken moet ieder land instemmen. En dat is nu al lastig. Zo was/is de Turkse president Erdogan tegen de toetreding van Finland en Zweden. Hij beweert dat de Scandinavische landen te laks zijn tegenover ‘terroristen’.

Huidige NAVO-lidstaten inclusief Finland en Zweden:

Inmiddels is de dynamiek van de oorlog zelf veranderd. De focus ligt op dit moment voornamelijk op de stad Sjevjerodonetsk. Deze stad is voor Rusland belangrijk om de Donbas-regio over te nemen. Dit Russische offensief is de eerste in een maand tijd en het lijkt waarschijnlijk de tweede succesvolle omsingeling te worden sinds het begin van de oorlog. Alhoewel het een succes kan worden voor het Russische leger, is de inname van het relatief kleine gebied tekenend voor de afgenomen Russische ambities.

Het Russische leger lijkt hierbij te hebben geleerd van de eerdere blamages. Het aantal gesneuvelde soldaten aan Russische zijde is flink afgenomen terwijl aan Oekraïense zijde de gevallenen zijn toegenomen tot zo’n 50 á 100 per dag. Dit doet het Russische leger door artillerie grootschalig in te zetten en minder snel met manschappen in de aanval te gaan.

De huidige strijd komt voor Oekraïne op een belangrijk moment. Het in handen houden van Sjevjerodonetsk betekent dat het land meer tijd heeft om zich voor te bereiden op de rest van de strijd.

Daarbij zijn de wapenleveranties door westerse landen zeer belangrijk en in volle gang. Oekraïense troepen moeten echter wel eerst getraind worden om met deze wapens om te kunnen gaan. De dynamiek op het slagveld verandert door alle ontwikkelingen met de dag en voorlopig is er veel onzekerheid over de toekomst van de oorlog en het land.

Die onzekerheid is er ook op de Europese markten. Want de huidige sancties blijven van kracht en nieuwe sancties staan klaar. Het doel van de nieuwe sancties is vooral om Russische olie te boycotten. De Europese Unie verbiedt vanaf eind dit jaar de invoer van Russische
olie die via tankers de Europese zeehavens binnenkomt. De olie die Rusland via pijpleidingen naar Europa brengt, valt voorlopig wel buiten de Europese sancties. Zo blijft Europa flink afhankelijk van Russische energie. En spanningen op deze markt hebben een grote impact op de Europese economie. Als we kijken naar de Europese inflatie van april, dan zien we dat energieprijzen zo’n 36% hoger liggen dan een jaar eerder.

Wat draagt bij aan de inflatie in Europa?

Deze ontwikkeling schijnt meteen een ander licht op hoe we naar inflatie moeten kijken. Eurostat, het Europese cijferbureau, rapporteerde voor de maand april een inflatie van 7,5%. De inflatie exclusief energie kwam daarentegen uit op 4,2%. Zonder energie, voedsel, alcohol en tabak was de inflatie zelfs slechts 3,5%.

Toegegeven, de inflatie is hoog, maar vooral de hoge energieprijzen zorgen voor een vertekend beeld. Helaas zijn de hoge energieprijzen wel het grootste risico voor een nog hogere inflatie.

Opkomende markten worstelen met stijgende voedselprijzen

We schreven al eerder dat ook de opkomende markten last hebben van een sterkere dollar aangezien hun schulden vooral in dollars zijn. De stijgende rente is dan ook slecht nieuws voor deze landen.

Waar de opkomende markten echter nog meer problemen van kunnen ondervinden zijn de hoge voedselprijzen. Eind 2021 stegen de voedselprijzen al hard, maar inmiddels is deze stijging gaan versnellen dankzij de oorlog in Oekraïne.

Ontwikkeling voedselprijzen 2001 – 2022:

Het afsluiten van exportlijnen van de graanschuur van de wereld, zoals Oekraïne wordt genoemd, zorgt voor problemen. Niet alleen in de regio maar ook ver van het slagveld. Ook helpt het niet dat de grootste akkervelden in het zwaarst getroffen gebied aan de oostkant van Oekraïne zijn gelegen. De oostkant is ook dicht bij de havens waar Oekraïne zo’n 90% van de export naar de rest van de wereld verzorgde.

In 2021 waren 36 van de 55 landen met voedselcrises voor meer dan 10% van hun totale graanimport afhankelijk van de Oekraïense en Russische export. Als het tekort aan voedsel blijft bestaan, zou het wereldwijde aantal ondervoede mensen met 8 tot 13 miljoen kunnen toenemen, vooral in Azië en Afrika.

Niet alleen het conflict in Oekraïne zorgt voor stijgende voedselprijzen, ook elders in de wereld zit het tegen. In China, de grootste producent van tarwe, spreekt men van misschien de slechtste oogst ooit door regenval. En in India heeft men last van droogte. Uiteindelijk spendeert de bevolking in opkomende markten zo’n 25% van hun budget aan voedsel. In de landen ten zuiden van de Sahara is dit zelfs bijna 40%. Overheden kunnen lastig bijspringen vanwege de toch al hoge energieprijzen. Het opvangen van de productie elders wordt ook lastig omdat de kunstmestprijzen ook al torenhoog zijn. Boeren kunnen dus niet extra produceren.

Omdat voedsel voor een groot gedeelte onderdeel uitmaken van de totaaluitgaven geven de stijgende voedselprijzen extra druk op de inflatiecijfers. Blijven de prijzen stijgen dan neemt de onrust en het verzet toe. Dat komt omdat er een verband is tussen hogere voedselprijzen en rellen wanneer een land instabiel is, wat vele opkomende markten toch zijn.

Hoopvolle ontwikkelingen zorgen voor vertrouwen

In de marktupdate van mei schreven we dat we te maken hebben met een hele opsomming van onzekerheden waar we mee te maken hebben. Nu is daar ook een mogelijke recessie waar we in kunnen belanden bijgekomen. Al zijn daar de meningen nog wel over verdeeld. Desondanks blijft onzekerheid voor het merendeel het beurssentiment bepalen. Hoopvolle ontwikkelingen zorgen echter wel voor vertrouwen.

Zo is de afnemende inflatie een belangrijke component. Niet alleen in de Verenigde Staten neemt deze af, maar ook bij ons in Nederland daalt deze. Als de inflatie afneemt hoeft de rente ook niet (snel) verhoogd te worden. Dit is weer goed voor de winstgevendheid van bedrijven én dus ook voor beleggers. Hierbij realiseren we ons natuurlijk wel dat de inflatie nog altijd (extreem) hoog is, maar deze afname is een eerste stap in de goede richting.

Daarnaast waren de kwartaalcijfers die werden gedeeld waren over het algemeen goed, al zijn bedrijven wel wat voorzichtiger geworden met hun voorspellingen. Negatieve uitschieters waren er ook: het aandeel Snap (moederbedrijf van het sociale medium Snapchat) daalde met 43% na een winstalarm. Deze overtrokken daling benadrukt maar weer eens het onrustige vaarwater waar we ons in bevinden.

Desalniettemin blijft het glas halfvol. Semmie kijkt met vertrouwen vooruit en blijft zich houden aan de strategie: periodiek beleggen voor de lange termijn. In tijden van koersdalingen koop je beleggingen dan goedkoper in en wanneer de koersen gaan stijgen behaal je een (extra) mooi rendement. Echter is bij beleggen niets gegarandeerd en zijn we afhankelijk van de economische en geopolitieke ontwikkelingen.