Van alle bedrijven die bestaan, is slechts een klein deel aan de beurs genoteerd. Bovendien wordt het aantal beursgenoteerde bedrijven wereldwijd steeds kleiner. Het toevoegen van de beleggingscategorie private markten, bedrijven die niet beursgenoteerd zijn, kan hierdoor een interessante oplossing zijn om de spreiding in de portefeuille te verbeteren.
In het kort
- Het aantal bedrijven op de beurs daalt, onder andere omdat ze steeds later voor een beursintroductie kiezen.
- Vanwege strengere regelgeving, een grotere administratieve last, meer complexiteit en hogere kosten voor beursgenoteerde bedrijven, kiezen organisaties er vaker voor om (langer) privaat te blijven.
- Een traditionele portefeuille met beursgenoteerde aandelen en obligaties biedt daarom steeds minder blootstelling aan de gehele wereldeconomie.
- Door de beleggingscategorie private markten aan de portefeuille toe te voegen, kan deze blootstelling worden verhoogd.
Aantal bedrijven op de beurs daalt
Het aantal private bedrijven is wereldwijd maar liefst 7,5 keer groter dan het aantal beursgenoteerde bedrijven. Het gaat hierbij om 140.000 niet-beursgenoteerde bedrijven tegenover 19.000 bedrijven die wel aan de beurs genoteerd zijn. In beide gevallen gaat het om bedrijven met een jaarlijkse winst boven de 100 miljoen dollar. Het is geen nieuwe ontwikkeling dat het overgrote deel van de organisaties wereldwijd geen beursnotering heeft, maar wel dat dit verschil steeds groter wordt.
Sinds 2007 kent de Duitse beurs bijvoorbeeld 40% minder beursnoteringen. In het Verenigd Koninkrijk zette deze ontwikkeling al veel eerder in: vanaf het jaar 1960 is het aantal beursgenoteerde bedrijven met 75% afgenomen. De ontwikkeling is eveneens in de Verenigde Staten te zien: sinds 1996 is het aantal beursgenoteerde ondernemingen met 40% afgenomen.
Het aantal Amerikaanse beursgenoteerde bedrijven 1990 - 2022
Wereldwijd gaan bedrijven minder vaak naar de beurs en wachten ze langer voor ze kiezen voor een beursgang, ook wel bekend als een Initial Public Offering (IPO). Zo telde ons land in 2021 nog 29 beursintroducties, en komt in 2024 het cijfer uit op drie.
Bedrijven kiezen voor private financiering
Vroeger was een IPO het ultieme doel voor veel bedrijven. Wanneer je als bedrijf op zoek was naar kapitaal, kon je met een beursgang immers in korte tijd een flink kapitaal ophalen om bijvoorbeeld de organisatie uit te breiden, nieuwe producten te onderzoeken en ontwikkelen of overnames te doen.
Tegelijkertijd kan de organisatie met de beursgang rekenen op publiciteit en meer naamsbekendheid, en biedt een beursnotering meer geloofwaardigheid als bedrijf, wat een positieve impact kan hebben op het aantrekken van zowel klanten als medewerkers.
Hoewel sommige van deze voordelen nog steeds gelden bij een beursintroductie, is het voor organisaties niet meer nodig naar de beurs te gaan om kapitaal op te halen. De afgelopen jaren is er veel meer privaat kapitaal beschikbaar gekomen, waardoor organisaties veel meer keuzemogelijkheden hebben wat betreft financiering.
Voor veel bedrijven is deze mogelijkheid reden om (langer) privaat te blijven. Er geldt namelijk strengere regelgeving voor beursgenoteerde bedrijven en een veel grotere administratieve last. Dit resulteert in hogere kosten en het verplicht publiekelijk moeten maken van bedrijfsinformatie – informatie die invloed kan hebben op de concurrentiepositie.
Een beursgang is op zichzelf al complex en tijdrovend, en brengt hoge kosten met zich mee. Een gemiddelde beursgang kost al gauw negen tot elf procent van wat er met de beursgang wordt opgehaald.
Hoe werkt een beursgang?
Het proces dat aan een beursgang voorafgaat is complex en langdurig. Zo is er een zogenaamde underwriter (investeringsbank) nodig die als bemiddelaar optreedt tussen de onderneming en het publiek, moet er een due diligence-onderzoek worden gedaan en een prospectus worden opgesteld. Lees hier meer over hoe een beursgang werkt.
Bovendien kan een privaat bedrijf zich blijven richten op de langetermijnprestaties en op duurzame groei, zonder druk van het publiceren van kwartaalcijfers en publieke aandeelhouders die zich vaak richten op kortetermijnrendementen.
Wat betekent dit voor beleggers?
Dat bedrijven steeds meer kiezen voor private financiering, betekent dat de beurs blootstelling biedt aan een steeds kleiner deel van het bedrijfsleven. Dit is niet ideaal voor beleggers die op zoek zijn naar een brede spreiding in de gehele wereldeconomie.
Aangezien bedrijven later naar de beurs gaan, bestaat de mogelijkheid daarnaast dat je als publieke belegger minder kan profiteren van de initiële groei van dit soort organisaties. Hoe meer gevestigd en volwassen een organisatie immers is, hoe minder hard een organisatie vaak nog groeit. Beleggers kunnen later op de groeicurve instappen.
Dat was bijvoorbeeld te zien bij snelgroeidende bedrijven als Meta en Alibaba.com, die acht en dertien jaar hebben gewacht met een beursgang en privaat veel meer hebben opgeleverd dan toen ze eenmaal aan de beurs genoteerd waren. Amazon, dat slechts drie jaar bestond voor de beursgang, leverde juist publieke beleggers meer op.
Investeren in private markten
Een mogelijke oplossing voor beleggers om meer blootstelling aan de gehele wereldeconomie te realiseren, is om private markten toe te voegen aan de portefeuille.
Lange tijd was deze beleggingscategorie alleen voorbehouden aan institutionele beleggers, maar private markten worden steeds toegankelijker voor particuliere beleggers. Dit komt onder andere door lagere instaptarieven en fondsen die een cashreserve aanhouden, waardoor er sprake is van meer liquiditeit en betere verhandelbaarheid.
De toenemende toegankelijkheid van private markten is niet alleen gunstig voor beleggers vanwege de beschreven ontwikkeling, maar ook vanwege een marktontwikkeling die we eerder behandelden. Namelijk dat de traditionele 60/40-portefeuille (60% aandelen, 40% obligaties) niet langer voldoet aan de verwachtingen die beleggers in het verleden hadden.
Private markten en Semmie
Mede door deze ontwikkelingen combineert Semmie niet enkel de traditionele beleggingscategorieën aandelen en obligaties, maar voegen we ook private markten toe aan deze mix. Deze beleggingscategorie is opgenomen in de Semmie Solid en Semmie Smart portefeuilles.
Hoewel niet iedere belegger al bekend en vertrouwd is met private markten – mede omdat het investeren hierin lang niet overal mogelijk is, zeker niet voor iedere belegger – is de verwachting dat deze industrie van 13 biljoen dollar vandaag de dag groeit naar 20 biljoen in 2030.
De toevoeging van een private markten tracker in onze portefeuilles, geeft jou de mogelijkheid om op een toegankelijke manier te beleggen in deze groeiende industrie. Het is hierdoor mogelijk om op dagelijkse basis in en uit te stappen en tegelijkertijd te profiteren van de kracht van private markten. Zo bieden de portefeuilles meer stabiliteit, minder afhankelijkheid van beursbewegingen en potentiële hogere rendementen.
Meer weten over de voordelen van investeren in deze beleggingscategorie? Lees dan hoe beleggen in private markten het risico van een portefeuille kan verlagen of download ons e-book over private markten.