Ben je directeur-grootaandeelhouder (DGA)? Dan is de kans groot dat je een oudedagsverplichting (ODV) op de balans hebt staan. Sinds het stoppen van het pensioen in eigen beheer in 2017 is dit een populaire manier om pensioen op te bouwen. Toch is het goed om stil te staan bij een alternatief: de ODV omzetten in een lijfrente.
Dat kan je namelijk meer vrijheid geven én uitzicht op een hoger rendement. In dit artikel lees je wanneer en waarom dat aantrekkelijk kan zijn.
In het kort:
- Een ODV op de balans van je bv brengt verplichtingen en risico’s met zich mee, ook ná je pensioen.
- Door de ODV om te zetten in een lijfrente krijg je meer vrijheid en flexibiliteit bij het uitkeren van het kapitaal.
- Daarnaast kun je met een lijfrenterekening beleggen voor een mogelijk hoger rendement dan het u-rendement waarmee de ODV ieder jaar wordt verhoogd.
Wanneer heb je een oudedagsverplichting in de bv?
Ben je ondernemer met een bv en heb je vóór 2017 pensioen in eigen beheer opgebouwd? Dan moest je in de periode tussen 2017 en 2019 een keuze maken wat je met die pensioenvoorziening wilde doen. Je kon het pensioen afkopen, premievrij in de bv laten staan of omzetten in een oudedagsverplichting (ODV).
Veel directeur-grootaandeelhouders kozen destijds voor die laatste optie. In totaal zetten ruim 50.000 DGA’s hun pensioenregeling in eigen beheer om naar een ODV. Sindsdien staat deze verplichting als passiefpost op de balans van hun bv, met bijbehorende regels, risico’s en verantwoordelijkheden.
Hoe werkt een oudedagsverplichting?
Een oudedagsverplichting (ODV) moet elk jaar worden opgerent. Dat betekent dat het bedrag jaarlijks wordt verhoogd met een wettelijk vastgestelde rente: het zogeheten u-rendement, dat wordt bepaald door De Nederlandsche Bank.
Uiterlijk twee maanden nadat je de AOW-leeftijd bereikt, moet de ODV-uitkering starten. Wil je eerder beginnen met uitkeren? Dan mag dat vanaf maximaal vijf jaar vóór de AOW-leeftijd. In dat geval wordt de uitkeringsduur verlengd. Begin je bijvoorbeeld drie jaar eerder, dan wordt de looptijd 23 jaar in plaats van de standaard 20 jaar.
De ODV wordt in gelijke jaarlijkse bedragen uitgekeerd, waarbij het resterende kapitaal ieder jaar opnieuw wordt opgerent. In het eerste jaar deel je het opgebouwde kapitaal door twintig en ontvang je 1/20e deel. Het jaar erop wordt het overgebleven bedrag opgerent en vervolgens gedeeld door negentien. Zo gaat het door totdat het volledige kapitaal is uitgekeerd.
Zo werkt de uitkering van een ODV
Stel: je hebt op de ingangsdatum van de ODV een kapitaal van €200.000 opgebouwd. Je start met uitkeren op je AOW-leeftijd, dus met een looptijd van twintig jaar.
- In het eerste jaar ontvang je 1/20e van het kapitaal: €10.000.
- Stel dat het resterende bedrag jaarlijks wordt opgerent met 2% u-rendement.
- In het tweede jaar wordt het resterende kapitaal (€190.000) verhoogd met 2%, wat neerkomt op €193.800. Dat deel je door 19, wat resulteert in een uitkering van ongeveer €10.200.
- In het derde jaar wordt het dan overgebleven bedrag opnieuw opgerent en gedeeld door 18, enzovoort.
Zo daalt het uitkeringsbedrag niet, maar stijgt het licht bij een positief u-rendement.
Waarom de ODV niet altijd voordelig is
Op het eerste gezicht lijkt een oudedagsverplichting (ODV) op de balans van je eigen bv misschien aantrekkelijk. Maar in de praktijk brengt het ook verplichtingen, risico’s en extra kosten met zich mee.
Een belangrijk risico is het liquiditeitsrisico: je bv moet twintig jaar lang in staat zijn om de uitkeringen uit te betalen. Dat betekent ook dat je bv minstens twintig jaar na je pensionering moet blijven bestaan. En dat brengt kosten en administratieve verplichtingen met zich mee. Denk aan het opstellen van de jaarrekening, het organiseren van de algemene vergadering van aandeelhouders, het maken van notulen en het (laten) berekenen van de hoogte van de ODV.
Gaat je bv failliet? Dan valt de ODV onder het zakelijke vermogen. Dat betekent dat schuldeisers er aanspraak op kunnen maken, met als gevolg dat je mogelijk geen of slechts gedeeltelijke uitkeringen ontvangt tijdens je pensioen.
De voordelen van een lijfrente ten opzichte van een ODV
De nadelen van een oudedagsverplichting (ODV) gelden niet wanneer je deze omzet in een lijfrente. Zo kun je na je pensionering de bv opheffen, en valt de pensioenvoorziening niet langer binnen de risicosfeer van de onderneming. Een extra voordeel is dat een lijfrente onder voorwaarden (gedeeltelijk) afkoopbaar is bij arbeidsongeschiktheid, in tegenstelling tot een ODV.
Daarnaast biedt een lijfrente vaak uitzicht op een hoger rendement en dus op een groter kapitaal en uiteindelijk hogere uitkeringen. Het u-rendement waarover de ODV jaarlijks wordt verhoogd, is namelijk gekoppeld aan de rente op Nederlandse staatsobligaties. Het gemiddelde u-rendement in 2024 was 2,60% en in 2023 was dit 0,699%.
In de jaren 2020 tot en met 2022 was het zelfs negatief. Daardoor blijft de vermogensgroei bij een ODV beperkt, en kan het vermogen in reële termen (na inflatie) zelfs dalen.
Bij het omzetten kun je kiezen voor lijfrenterekening waarop je belegt voor je pensioen. Dit is zowel mogelijk als je in de opbouwfase zit, of als je aan de uitkeerfase begint. Hoewel beleggen risico’s kent, kan dit resulteren in een hoger rendement dan het u-rendement en kan je pensioenvoorziening exponentieel groeien.
Tip: Bereken eenvoudig met onze rekentool hoeveel beleggen op een lijfrenterekening jou kan opleveren.
Het belangrijkste voordeel is echter dat er flexibelere regels gelden voor het uitkeren van een lijfrente. Zo mag je de uitkeringen van een lijfrenterekening ook later dan de AOW-leeftijd laten ingaan, tot uiterlijk vijf jaar daarna, en ben je niet meer gebonden aan een vaste looptijd van twintig jaar.
Kies je voor een lijfrente bij een verzekeraar? Dan kunnen de uitkeringen zelfs levenslang zijn. Houd er in dat geval wel rekening mee dat het opgebouwde bedrag bij overlijden doorgaans niet automatisch aan je nabestaanden wordt uitgekeerd.
Dit is anders bij een lijfrenterekening waarop je spaart of belegt: het vermogen wordt dan standaard na overlijden uitgekeerd aan je nabestaanden. De mogelijkheden voor de looptijd zijn hier ook uitgebreider: je kunt kiezen voor een looptijd tussen de twintig en dertig jaar, maar ook juist voor een kortere termijn van vijf jaar. Een constructie waarbij je de eerste vijf jaar een hoger bedrag krijgt uitgekeerd behoort ook tot de mogelijkheden. Ten opzichte van een ODV is een lijfrente dus flexibeler. Het kan beter worden afgestemd op jouw wensen.
Wanneer is het omzetten in een lijfrente interessant
Heb je momenteel een oudedagsverplichting (ODV) op de balans van je bv staan? Dan mag je deze op ieder moment – geheel of gedeeltelijk – omzetten in een lijfrente. Dit is vooral interessant in de volgende situaties:
- Als je het opgebouwde bedrag in een kortere periode of juist langere periode wilt laten uitkeren;
- Je meer flexibiliteit wilt bij het uitkeren, door in de eerste vijf jaar een hogere uitkering te ontvangen;
- Je na de pensionering je bv wilt opheffen om zo kosten en administratieve lasten te besparen;
- Je wilt doorwerken na de AOW-leeftijd en de uitkeringen nog niet wilt laten ingaan;
- Je de pensioenvoorziening buiten de risicosfeer van de onderneming wilt halen;
- Of als je wilt beleggen voor je pensioenvoorziening voor de mogelijkheid op een hoger kapitaal bij de uitkering.
ODV omzetten in lijfrente bij Semmie
Overweeg je om je oudedagsverplichting (ODV) om te zetten in een lijfrente? Bij Semmie kun je eenvoudig een opbouwende of uitkerende lijfrentebeleggingsrekening openen. Je kapitaal wordt dan breed gespreid belegd in een van onze portefeuilles, met een risicoprofiel dat aansluit bij jouw doelen en financiële situatie. Via ons gebruiksvriendelijke platform en de app heb je altijd inzicht in de prestaties van je portefeuille.
Onze lijfrentespecialisten geven je graag meer informatie over Semmie en de mogelijkheden van een lijfrente. Plan een afspraak in via ons formulier of neem direct contact op met onze klantenservice via de chat, telefoon of mail.
