Tech neemt beurs op sleeptouw

Door Koen Kersten op 3 juli 2023, leestijd: 8 minuten

In juni kwam de beurs in rustiger vaarwater terecht. De Amerikaanse bankencrisis en de onrust rondom het schuldplafond liggen achter ons, en beleggers kijken weer iets meer vooruit. Koersen stegen verder, waarbij vooral de ‘Magnificent Seven’ in het oog springen: zeven techbedrijven die dit jaar al gemiddeld ruim 50% in waarde stegen en ook in juni meer waard werden. Maar stijgen de koersen niet te hard?

De maand juni in het kort:
  • De ‘Magnificent Seven’ zijn dit jaar voor het overgrote deel verantwoordelijk voor de stijging van de Amerikaanse beurs: ze nemen zo’n 10% van de stijging van de S&P 500 voor hun rekening;
  • Het Verenigd Koninkrijk kampt met hardnekkige hoge inflatie als gevolg van de Brexit en hoge gasprijzen. De renteverhogingen om dit tegen te gaan hebben echter flinke financiële gevolgen voor huiseigenaren;
  • China’s economie staat onder druk door zwakke exportcijfers en de fragiele relatie met de Verenigde Staten. Desondanks blijft de economie kwartaal op kwartaal groeien;
  • Het werd een rustige maand voor Semmie’s portefeuilles. Uiteindelijk stegen beide portefeuilles verder in waarde.

‘Magnificent Seven’ nemen de beurs op sleeptouw

Op het eerste gezicht zien de ontwikkelingen van de Amerikaanse beurs er, nu het jaar alweer halverwege is, goed uit. De S&P 500 index, de toonaangevende index voor de ontwikkeling van de Amerikaanse aandelenmarkt, staat dit jaar zo’n 13% in de plus en lijkt er goed voor te staan.

Maar wanneer er ingezoomd wordt op de resultaten, wordt er een interessante ontwikkeling zichtbaar. Slechts een klein groepje bedrijven kan namelijk voornamelijk worden aangewezen als oorzaak van deze stijging: Apple, Microsoft, Google, Amazon, Meta, Tesla en NVIDIA. Deze bedrijven, inmiddels ook wel de ‘Magnificent Seven’ genoemd, hebben dit jaar een gemiddelde koerswinst van 53% behaald. Ze kunnen dit jaar dus worden gezien als de winnaars van de Amerikaanse beurs.

Rendementsontwikkeling ‘Magnificent Seven’ in 2023

De drijvende kracht achter deze kopgroep is de snelle ontwikkeling van Artificial Intelligence, waarover we al uitgebreid hebben gesproken in onze vorige Marktupdate. Dit blijkt met name bij NVIDIA het geval te zijn. NVIDIA is een producent van computerhardware, voornamelijk op het gebied van videokaarten, processors en chipsets voor moederborden. Tot op heden is NVIDIA een van de best presterende aandelen op de Amerikaanse beurs, met een koersstijging van bijna 200% dit jaar.

Sommige experts waarschuwen echter dat de sterke prestaties van deze technologiebedrijven de S&P 500 index onevenwichtig maken en dat de index geen accurate weerspiegeling meer is van de bredere economische ontwikkelingen.

Dit wordt duidelijk wanneer we een vergelijking maken tussen de S&P 500 index en de S&P 500 Equal Weight index. In tegenstelling tot de traditionele S&P 500, waarbij de bedrijven worden gewogen op basis van hun marktkapitalisatie, weegt de S&P 500 Equal Weight elk bedrijf in de index gelijk. Dit betekent dat elk bedrijf, ongeacht zijn grootte, een gelijk gewicht heeft in de index.

Waar de S&P 500 dit jaar met zo’n 13% is gestegen, toont de S&P Equal Weight slechts een stijging van 2,8% dit jaar. De Magnificent Seven is dus goed voor een rendement van zo’n 10%.

Rendementsontwikkeling S&P 500 vs. S&P 500 Equal Weight

Het feit dat een belangrijke index als de S&P 500 in zo’n grote mate afhankelijk is van technologiebedrijven brengt risico’s met zich mee. De invloed van volatiele techaandelen op het rendement neemt steeds verder toe. En dit heeft consequenties; zowel in positieve als in negatieve zin. Wanneer deze sector slecht presteert (zoals we in 2022 hebben gezien), heeft dit een aanzienlijke negatieve impact op het rendement. Maar wanneer het goed gaat (gedurende en na de coronacrisis), krijgt het rendement juist een flinke impuls.

Natuurlijk is het mogelijk dat deze bedrijven de hoge waarderingen waarmaken. Echter, hoe de toekomst er precies uit zal zien, is onduidelijk. Het is daarom belangrijk voor beleggers om deze ontwikkeling goed in de gaten te houden.

Ook de ontwikkeling van de inflatie blijft het sentiment op de Amerikaanse beurs bepalen. Ondanks dat de inflatiecijfers (naar wat door analisten verwacht werd) in mei zijn gedaald, heerst er geen hosanna-stemming. De consumenteninflatie daalde naar 4 procent en de kerninflatie naar 5,3 procent, wat nog steeds hoog is. Ondanks deze cijfers heeft de Amerikaanse centrale bank de rente niet verder verhoogd. De bank wil eerst het effect van eerdere verhogingen evalueren. Als de inflatie echter hoog blijft, zal de rente verder worden verhoogd, wat de economie zal afremmen. Of dit uiteindelijk leidt tot een recessie in de Amerikaanse economie, blijft nog steeds onzeker. De Amerikaanse minister van Financiën, Janet Yellen, ziet echter de risico’s op een recessie in de Verenigde Staten afnemen. Ze is naar eigen zeggen optimistisch over de staat van de Amerikaanse arbeidsmarkt, die veerkrachtiger blijkt te zijn dan verwacht.

Het Verenigd Koninkrijk krijgt de inflatie maar niet onder controle

Terwijl de inflatie in Europa en de Verenigde Staten gestaag afneemt, blijft het Verenigd Koninkrijk kampen met een hardnekkig hoge inflatie. Met een kerninflatie van 7,1% (die afgelopen maand zelfs met 0,3% steeg), heeft het Verenigd Koninkrijk de hoogste inflatie in West-Europa. En de gevolgen zijn zichtbaar; de Britse oppositiepartij Labour heeft berekend dat een gemiddeld gezin dit jaar £1.000 meer moet uitgeven aan voedsel dan twee jaar geleden.

Een van de redenen voor de hoge inflatie is de Brexit. Het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie heeft geleid tot verstoringen in de handel en een tekort aan arbeidskrachten, wat de reeds bestaande personeelstekorten in het land verergert. Bovendien heeft ook de hoge gasprijs bijgedragen aan de aanhoudende inflatie; gas wordt nog veelvuldig gebruikt in het Verenigd Koninkrijk.

Kerninflatie Verenigd Koninkrijk blijft maar toenemen

Als reactie op de hoge inflatie blijft de Bank of England de rente verhogen. Sinds december 2021 is de rente al 13 keer achter elkaar verhoogd. Met de meest recente verhoging van 0,5 procent, staat de rente nu op 5 procent. Beleggers verwachten echter dat er nog geen einde in zicht is voor de renteverhogingen en voorspellen dat de rente verder zal worden verhoogd naar 6 procent.

De flinke renteverhoging brengt onvermijdelijk consequenties met zich mee, en deze beginnen nu zichtbaar te worden, vooral op de huizenmarkt. Britse huiseigenaren kiezen vaak voor hypotheken met een korte looptijd (van twee tot vijf jaar) en hebben hun levensstijl afgestemd op de lage hypotheekrente die voorheen gold. Nu deze huiseigenaren hun hypotheek moeten herfinancieren tegen een aanzienlijk hogere rente (een hypotheek met een looptijd van twee jaar bedroeg twee jaar geleden ongeveer 2,34%, maar is inmiddels gestegen naar 5,6%), betekent dit een afname van hun besteedbaar inkomen met ongeveer £280 per maand (ongeveer 8% van het besteedbaar inkomen).

Britse huiseigenaren worden dus geconfronteerd met een aanzienlijke achteruitgang van hun beschikbare budget. Maar de kans dat ze steun van de overheid ontvangen is buitengewoon klein. De Britse minister van Financiën, Jeremy Hunt, heeft financiële steun voor getroffen hypotheekhouders uitgesloten, omdat dit het inflatieprobleem alleen maar zou verergeren.

Zweedse vastgoedbubbel knapt

Over het algemeen komt er weinig opzienbarend economisch nieuws uit Zweden, maar groeiende problemen op de vastgoedmarkt kunnen leiden tot financiële instabiliteit. Het Scandinavische land begint namelijk de gevolgen van de renteverhogingen te voelen: de Zweedse Riksbank heeft de rente inmiddels verhoogd naar 3,5% en deze verhoging heeft de Zweedse vastgoedsector in problemen gebracht.

Deze rentestijging heeft gevolgen voor zowel huiseigenaren als potentiële kopers. Voor huiseigenaren betekent dit dat de kosten van het aflossen van een hypotheek mogelijk onbetaalbaar worden, terwijl potentiële kopers te maken krijgen met hogere rentetarieven die het kopen van een woning bemoeilijken. Met andere woorden: de stijgende rente vergroot het aanbod van woningen op de markt, terwijl de vraag afneemt, wat resulteert in lagere prijzen.

Jarenlang zorgde de lage rente ervoor dat de vastgoedprijzen bleven stijgen en uiteindelijk recordhoogtes bereikten. Inmiddels is die bubbel gebarsten en zijn de Zweedse huizenprijzen met ongeveer 20% gedaald.

Ook Zweedse commerciële vastgoedbedrijven hebben het moeilijk. Deze bedrijven hebben aanzienlijke schulden omdat ze de afgelopen jaren, toen de rente laag was, veel geïnvesteerd hebben. Om deze schulden te herfinancieren, moeten ze nieuwe leningen afsluiten tegen aanzienlijk hogere rentetarieven, en de vraag is of ze dat kunnen betalen. Leningen voor commercieel vastgoed vormen 18% van alle uitstaande bankleningen. Als commerciële vastgoedbedrijven failliet gaan, kan dit een domino-effect veroorzaken. Volgens analisten van JPMorgan zijn de grote Zweedse banken slecht voorbereid op mogelijke miljardenverliezen in de vastgoedsector. De Zweedse beleidsmakers zijn echter waakzaam en hebben al toegezegd in te grijpen wanneer ze dat nodig achten.

Broos vertrouwen tussen grootmachten

China staat in de belangstelling van analisten en grote beleggers sinds het land heeft besloten om het zerocovidbeleid los te laten. Analisten en beleggers vroegen zich namelijk af hoe snel de Chinese economie kon herstellen van alle lockdowns. In het eerste kwartaal van dit jaar liet de Chinese economie nog een sterke groei zien, die hoger was dan verwacht. De afgelopen maanden waren er echter verschillende signalen, zoals zwakke exportcijfers, die erop wijzen dat China mogelijk niet in staat zal zijn om zijn groeidoelstellingen voor dit jaar te behalen. Analisten van enkele internationale banken hebben daardoor ook hun economische groeiverwachtingen voor 2023 naar beneden bijgesteld en kijken uit naar de extra steunmaatregelen die de Chinese economie verder moeten gaan aanwakkeren.

China heeft inmiddels de korte- en middellange rentes verlaagd om de economie verder te stimuleren, en zal hoogstwaarschijnlijk blijven doorgaan met dit beleid. En dat terwijl dit beleid schade kan veroorzaken voor banken, vanwege de aanhoudende terughoudendheid van bedrijven en huishoudens om te lenen. Dit kan de economie stagneren.

Ook alle handelsbelemmeringen die de Verenigde Staten hebben opgeworpen tegen China helpen de Chinese economie niet. Om de relatie tussen beide landen nieuw leven in te blazen, bezocht de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Antony Blinken, de Chinese president Xi Jinping om te bespreken hoe de twee landen hun relatie zouden kunnen verbeteren. Na de controverse rondom de Chinese spionageballon was deze relatie verder bekoeld. Beide partijen noemden de gesprekken constructief en er was even hoop op een verbetering van de relatie.

Chinese economie blijft groeien

Die hoop vervloog echter binnen een dag, toen de Amerikaanse president Biden Xi Jinping kort na het topoverleg een dictator noemde. De rivaliteit tussen beide grootmachten blijft dus een rol spelen en de band tussen beide landen blijft fragiel. Financiële markten lijken echter niet onder de indruk van de ontwikkelingen te zijn; ze reageerden hier namelijk nauwelijks op.

Semmie en haar portefeuilles

Financiële markten vertoonden afgelopen maand over het algemeen een relatieve stabiliteit. De Amerikaanse bankencrisis en de onzekerheid rondom het schuldplafond liggen achter ons, waardoor beleggers iets meer vooruit kunnen kijken. Desondanks blijft de impact van de stijgende rentes een vraagteken.

Hoewel de inflatie afneemt, daalt de kerninflatie niet snel genoeg. Dit laat ruimte open voor mogelijke verdere renteverhogingen, wat niet in lijn is met de verwachtingen van beleggers. Toen Jerome Powell, voorzitter van de Federal Reserve (Fed), aangaf dat verdere renteverhogingen niet uitgesloten waren, reageerden financiële markten negatief.

Daarnaast blijven de economische ontwikkelingen fragiel. Hoewel er sprake is van lichte economische groei en bedrijven winst maken, blijft het risico op een recessie nog steeds reëel.

De ontwikkelingen in de technologiesector worden ook nauwlettend gevolgd. Hoewel de aanzienlijke koersstijgingen van toonaangevende techbedrijven aantrekkelijke rendementen opleveren, rijst de vraag of er sprake is van een techbubbel. Vooral NVIDIA is de afgelopen maanden sterk gestegen vanwege de vooruitgang op het gebied van kunstmatige intelligentie. Het is de vraag of dit het begin is van een nieuwe revolutie of dat er mogelijk te veel waarde wordt toegekend aan deze ontwikkeling.

Over het algemeen kenden de portefeuilles van Semmie een positief eerste deel van de maand. Vanwege de onzekerheid rondom verdere renteverhogingen hebben sommige portefeuilles echter een deel van de winst moeten inleveren. Desondanks sloten alle portefeuilles de maand in het groen af, waardoor het positieve rendement verder werd versterkt.

Portefeuille: Rendement juni Rendement 2023
ESG – defensief: 0,74% 4,30%
ESG – neutraal: 1,47% 6,63%
ESG – offensief: 2,15% 8,85%
ESG – zeer offensief: 3,20% 12,05%
Impact – defensief: 1,05% 4,92%
Impact – neutraal: 1,82% 7,29%
Impact – offensief: 2,57% 9,66%
Impact – zeer offensief: 3,75% 12,80%