Wat doe je als ondernemer met je opgebouwde oudedagsreserve?

Door Tessa Ham op 19 januari 2024, leestijd: 6 minuten

Tot en met eind 2022 was het mogelijk om jaarlijks een deel van de winst van je onderneming te reserveren (doteren) voor je pensioen. Wat zijn je mogelijkheden met dit gereserveerde bedrag nu de regeling is afgeschaft?

In het kort:
  • Wanneer je als ondernemer voor 1 januari 2023 geld hebt opgebouwd via de oudedagsreserve, heb je drie mogelijkheden;
  • Je kunt de reservering op de balans laten staan, uiterlijk tot de staking van je onderneming, en moet dan afrekenen met de fiscus. Je kunt er echter ook voor kiezen om de oudedagsreserve (tussentijds) om te zetten in een opbouwende of uitkerende lijfrente;
  • Bij voldoende liquide middelen is dit aantrekkelijk, omdat het omzetten fiscaal geruisloos plaats kan vinden. Een lijfrente heeft daarnaast meerdere voordelen ten opzichte van een oudedagsreserve.

Oudedagsreserve afgeschaft

Door als ondernemer een deel van de winst (9,44%, met een maximum van €9.632 in 2022) te reserveren voor later, was er sprake van belastinguitstel. Veel ondernemers gebruikten de oudedagsreserve daarom omdat het belastingtechnisch aantrekkelijk was, en niet voor hun oudedagsvoorziening. Per 1 januari 2023 is de oudedagsreserve daarom afgeschaft.

Wat gebeurt er met je opgebouwde oudedagsreserve?

De oudedagsreserve, of de vroegere benaming ‘fiscale oudedagsreserve (FOR)’, die je al hebt opgebouwd, verdwijnt niet. Uiteindelijk moet het volledige bedrag dat je hebt opgebouwd alsnog afgerekend worden met de fiscus. Dit gebeurt uiterlijk op het moment dat je jouw onderneming staakt.

Houd hier rekening mee wanneer de oudedagsreserve niet daadwerkelijk apart is gezet voor je oudedagsvoorziening, maar wanneer deze bijvoorbeeld is gebruikt als investering in het bedrijf. Vaak gaan ondernemers ervan uit dat de verkoop van het bedrijf voldoende geld oplevert om de verschuldigde belasting te betalen, maar dat kan vervelend uitpakken wanneer dit niet het geval is.

Wanneer je eerder hebt gedoteerd aan de oudedagsvoorziening, zijn er drie opties:

1. Je laat de oudedagsreserve op de balans staan

Je kunt ervoor kiezen om je opgebouwde oudedagsreserve op de balans te laten staan tot je jouw onderneming staakt. Dit geeft je de kans om voldoende liquide middelen op te bouwen om met de fiscus af te rekenen, mocht je de oudedagsreserve voor andere doeleinden hebben ingezet.

2. De oudedagsreserve omzetten in een opbouwende lijfrente

Wanneer er voldoende liquide middelen beschikbaar zijn, kan de oudedagsreserve worden omgezet in een opbouwende lijfrente. Dit is een verzekering, beleggingsrekening of bankspaarrekening waarmee je vermogen opbouwt voor een aanvullend pensioen. Met het vermogen dat je uiteindelijk opbouwt, koop je ten tijde van de pensionering uitkeringen aan die als aanvullend pensioen fungeren.

Het grote voordeel hiervan is dat er daadwerkelijk een aanvullend pensioen wordt opgebouwd. De oudedagsreserve was eigenlijk een papieren reserve in de vorm van een aftrekpost, er was geen sprake van een werkelijke uitgave. Je bouwde dus niet daadwerkelijk een oudedagsvoorziening op door de oudedagsreserve te benutten.

Het omzetten van een oudedagsreserve in een opbouwende lijfrente heeft nog een bijkomend voordeel; zo wordt de oudedagsvoorziening buiten de risicosfeer van de onderneming gehaald. De oudedagsreserve wordt immers opgeëist door schuldeisers bij een faillissement. In andere woorden: bij faillissement geen pensioen. Bij een lijfrenterekening is hier geen sprake van.

Geblokkeerde rekening

Een opbouwende lijfrenterekening is in alle gevallen een geblokkeerde rekening. Je kunt hier geld op storten, maar tussentijds niet opnemen. In ruil daarvoor is het vermogen op een opbouwende lijfrenterekening vrijgesteld van belasting in box 1 en box 3.

Pas op het moment dat er met het vermogen uitkeringen worden aangekocht, worden deze belast in box 1. Wanneer je de AOW-leeftijd hebt bereikt, geldt er tot een bepaalde inkomensgrens een lagere belastingschijf, waardoor een opbouwende lijfrente niet alleen uitstel van belastingbetaling betekent, maar ook belastingvoordeel.

Omzetten van oudedagsreserve

Het omzetten van de oudedagsreserve naar een lijfrente verloopt fiscaal neutraal. Bij het vrijkomen van de oudedagsreserve wordt het belastbare inkomen met dit bedrag verhoogd (in het geval van een staking van de onderneming, wordt de stakingswinst verhoogd met dit bedrag). Vervolgens stort je dit bedrag door naar een lijfrenterekening. Dit is een aftrekpost, waardoor het belastbare inkomen (of stakingswinst) weer wordt verlaagd.

Extra storten op de lijfrenterekening

Na het afstorten van de oudedagsreserve, kun je jaarlijks je jaarruimte benutten om je lijfrenterekening aan te vullen en het vermogen voor je aanvullende pensioen te laten groeien. Dit kan ook in het jaar dat je de oudedagsreserve omzet in een lijfrente.

De jaarruimte wordt gebaseerd op het inkomen, bereken deze hier. Ook de onbenutte jaarruimte van de afgelopen 10 kalenderjaren (de reserveringsruimte) kun je benutten, bereken deze hier.

3. De oudedagsreserve omzetten in een uitkerende lijfrenterekening

Wanneer je de AOW-leeftijd hebt bereikt, kun je er ook voor kiezen om de oudedagsreserve om te zetten in een uitkerende lijfrenterekening. Met de oudedagsreserve koop je in dit geval meteen uitkeringen aan die als aanvullend pensioen fungeren. Ook deze optie verloopt fiscaal geruisloos.

Wanneer je nog niet de AOW-leeftijd hebt bereikt, kun je ervoor kiezen om de oudedagsreserve op de balans te laten staan, om vervolgens de reserve om te zetten in een uitkerende lijfrenterekening wanneer je deze leeftijd wel bereikt. Het nadeel hiervan is dat de oudedagsreserve als het ware verdwijnt in het bedrijf en de vraag is of en hoeveel rendement hiermee wordt behaald.

Bij de tweede optie, zeker wanneer je kiest voor een lijfrentebeleggingsrekening, zet je het bedrag voor je aan het werk en geef je je oudedagsvoorziening de mogelijkheid om te groeien.

Je oudedagsreserve omzetten?

Bij Semmie heb je de mogelijkheid om zowel een opbouwende als een uitkerende lijfrenterekening te openen om je oudedagsreserve om te zetten. Wil je weten welke keuze uiteindelijk voor jou het beste is? Of heb je aanvullende vragen? Neem dan contact op met onze klantenservice. Onze experts staan je namelijk graag te woord.

De oudedagsverplichting (ODV)

Ben je een DGA, en heb je in plaats van een oudedagsreserve een oudedagsverplichting (ODV)? Ook een ODV kan gestort worden op een (geblokkeerde) lijfrenterekening. Dit biedt meer flexibiliteit dan de uitkeringsfase van de oudedagsverplichting.

In de jaren 2017 tot en met 2019 hebben ruim 50.000 DGA’s hun pensioenregeling in eigen beheer omgezet naar de oudedagsverplichting in eigen beheer. Bij een ODV ontvang je de eerste uitkering uiterlijk twee maanden nadat je de AOW-leeftijd hebt bereikt. Deze loopt verplicht twintig jaar. Een ODV-uitkering mag wel eerder ingaan: vijf jaar voor het bereiken van de AOW-leeftijd mag de bv beginnen met uitkeren. De verplichte uitkeringsduur is dan twintig jaar, plus het aantal jaren dat de uitkering is gestart voor de AOW-datum.

Voordeel lijfrente ten opzichte van oudedagsverplichting

De uitkeringsfase van een lijfrente biedt echter meer flexibiliteit; zowel op het gebied van startdatum als de uitkeringsduur. Zo mogen de lijfrente-uitkeringen worden uitgesteld tot vijf jaar na de AOW-leeftijd.

Ook bestaat er, onder voorwaarden, de mogelijkheid om een lijfrente-uitkering met een kortere looptijd van minimaal vijf jaar af te sluiten, of juist langer dan twintig jaar. Een extra voordeel is dat een lijfrente onder voorwaarden (gedeeltelijk) is af te kopen bij arbeidsongeschiktheid, in tegenstelling tot een oudedagsverplichting.

Nadeel oudedagsverplichting

Wanneer je toch kiest voor uitkeringen via de ODV, dan zal je in principe de bv nog (minimaal) twintig jaar in stand moeten houden om de uitkeringen te kunnen ontvangen. Daarbij hoort het jaarlijks opstellen van een jaarrekening en het indienen van een aangifte vennootschaps- en loonbelasting. In sommige gevallen is het aanhouden van een bv logisch, maar wanneer er alleen sprake is van een kostenpost, is het fiscaal voordeliger om te kiezen voor het afstorten in een lijfrente.

ODV omzetten in lijfrente

Een lijfrente biedt meer keuzemogelijkheden in de uitkeringsfase en kan fiscaal voordelig zijn. Het moet echter wel financieel mogelijk zijn om de ODV om te zetten in een lijfrente.

Heeft de bv minder bezittingen dan de ODV op de balans en lukt het niet om de volledige ODV af te storten, dan is afstorting in een lijfrente alleen onder bepaalde voorwaarden mogelijk. Het is belangrijk dit met de fiscus te overleggen. De bv zal daarna moeten worden geliquideerd. Vanwege de complexiteit is het verstandig om je goed te laten adviseren door je financieel adviseur.