Wanneer een groot bedrag aan een kind wordt geschonken, moet er schenkbelasting worden betaald. In de regel is het de ontvanger die de schenkbelasting afrekent. Maar de ouder kan ervoor kiezen om dit voor eigen rekening te nemen. Op die manier houdt het kind netto meer over aan de schenking. In dit artikel leggen wij uit hoe dat zit.
In het kort
- Bij een schenking die hoger is dan de schenkingsvrijstelling, moet er schenkbelasting betaald worden. Als schenker kun je ervoor kiezen om dit zelf te betalen.
- De fiscus ziet het betalen van de schenkbelasting ook als onderdeel van de schenking, waardoor de ontvanger (iets) meer schenkbelasting betaalt dan de ontvanger zou hebben moeten betalen.
- Hoeveel schenkbelasting moet er betaald worden als de schenker of de ontvanger afrekent? We delen voorbeelden van een schenking van €50.000, €100.000 en €175.000 en sluiten af met een handige tool om de schenkbelasting te berekenen in jouw situatie.
Schenkbelasting betalen bij schenken aan een kind
Ongeacht aan wie er geschonken wordt; er moet schenkbelasting betaald worden wanneer de waarde van de schenking hoger is dan de vrijstelling. In 2025 mag aan kinderen tot €6.713 belastingvrij geschonken worden. Voor grotere schenkingen tot €154.349 geldt een tarief van 10% van het geschonken bedrag. Vanaf €154.349 geldt een tarief van 20%.
Wie betaalt de schenkbelasting?
Het is de ontvanger die verplicht is om aangifte te doen van de schenking. In de meeste gevallen is het ook de ontvanger die de schenkbelasting betaalt. Bij een bruto schenking zal het bedrag dat het kind overhoudt aan de schenking hierdoor lager zijn dan het bedrag dat is geschonken.
Als het de bedoeling is dat het kind het volledige bedrag ontvangt, dan kan ervoor gekozen worden dat de schenker de schenkbelasting betaalt. Dit wordt een netto schenking, of een schenking ‘vrij van recht’ genoemd. In het aangifteformulier wordt aangegeven wie de schenkbelasting betaalt.
Houd er wel rekening mee dat de ouder als schenker meer schenkbelasting betaalt dan het kind als ontvanger zou hebben gedaan. Dat komt omdat het betalen van de schenkbelasting door de fiscus ook gezien wordt als schenking. Het kind houdt immers netto meer over, waardoor het een hogere schenking betreft.
Bruto of netto schenken: voorbeelden en verschillen
Aan de hand van een voorbeeld laten we zien wat het kind netto overhoudt bij een schenking van €50.000, €100.000 en €175.000. Ook wordt de nettolast getoond wanneer de schenker ervoor kiest om de schenkbelasting op zich te nemen.
Bruto schenking van €50.000
Stel dat er bruto €50.000 wordt geschonken. Om de schenkbelasting te berekenen, verminderen we de schenking eerst met de vrijstelling van €6.713. Over een bedrag van €43.287 (€50.000 – €6.713) moet 10% schenkbelasting betaald worden (10% van €43.287 = €4.328).
Het kind houdt hierdoor netto €45.672 (€50.000 – €4.328) over.
Eenmalige verhoging schenkingsvrijstelling
Is het kind tussen de 18 en 40 jaar? En is er nog niet eerder een grote schenking gedaan waarbij de eenmalig verhoogde schenkingsvrijstelling is gebruikt? Voor vrije besteding of voor een huis is de eenmalig verhoogde schenkingsvrijstelling in 2025 vastgesteld op €32.195. Voor een studie die meer dan €20.000 per jaar kost, mogen ouders hun kind eenmalig €67.064 belastingvrij schenken.
Netto schenking van €50.000
Wanneer het de bedoeling is dat het kind netto €50.000 aan de schenking overhoudt, dan betaalt de schenker €4.809 schenkbelasting. De nettolast voor de schenker is in dit geval €54.809.
Hieronder vatten we de verschillen tussen een netto en een bruto schenking nog even samen:
|
Schenking |
Netto schenking voor kind |
Nettolast voor ouder |
Te betalen schenkbelasting |
|
€50.000 |
€45.672 |
€50.000 |
€4.328 |
|
€50.000 |
€50.000 |
€54.809 |
€4.809 |
Bruto schenking van €100.000
Allereerst trekken we de schenkingsvrijstelling af van €100.000. Over een bedrag van €93.287 (€100.000 – €6.713) moet 10% schenkbelasting betaald worden (10% van €93.287 = €9.328).
Het kind houdt hierdoor netto €90.672 (€100.000 – €9.328) over.
Netto schenking van €100.000
Is het de bedoeling dat het kind netto €100.000 overhoudt? Dan moet er als schenker €10.365 schenkbelasting betaald worden.
De nettolast voor de schenker is in dit voorbeeld €110.365.
|
Schenking |
Netto schenking voor kind |
Nettolast voor ouder |
Te betalen schenkbelasting |
|
€100.000 |
€90.672 |
€100.000 |
€9.328 |
|
€100.000 |
€100.000 |
€110.365 |
€10.365 |
Bruto schenking van €175.000
Bij een bruto schenking van €175.000 moet er rekening gehouden worden met een hoger belastingtarief. Allereerst trekken we de schenkingsvrijstelling af van €175.000. Over €168.287 (€175.000 – €6.713) moet belasting betaald worden. Over de eerste €154.349 is dat 10% (€15.434). Over het restant van €13.938 is dat 20% (€2.787). In totaal betaalt het kind €18.221 (€15.434 + €2.787) aan belasting.
Het kind houdt hierdoor netto €156.779 (€175.000 – €18.221) over.
Netto schenking van €175.000
Is het de bedoeling dat het kind netto €175.000 overhoudt? Dan betaalt de schenker €23.044 aan schenkbelasting.
De nettolast voor de schenker is €198.044.
|
Schenking |
Netto schenking voor kind |
Nettolast voor ouder |
Te betalen schenkbelasting |
|
€175.000 |
€156.779 |
€175.000 |
€18.221 |
|
€175.000 |
€175.000 |
€198.044 |
€22.796 |
Schenkbelasting berekenen bij netto en bruto schenking
Via een tool op de website van de Belastingdienst is het eenvoudig te berekenen hoeveel belasting er betaald moet worden in jouw specifieke situatie. Deze tool houdt ook rekening met de eenmalig verhoogde schenkingsvrijstelling, mocht deze nog niet gebruikt zijn.
Neem voor vragen rondom schenkingen contact op met de Belastingdienst, je belastingadviseur of financieel adviseur. Semmie geeft geen belastingadvies.
