Zo bouw je snel een financiële buffer op

Door Tessa Ham op 15 februari 2021, leestijd: 4 minuten

Het leven gaat niet altijd over rozen en soms kom je voor onaangename verrassingen te staan. Het is dan belangrijk dat je daar goed op voorbereid bent. Zeker als het over je financiën gaat wil je niet verrast worden. Niemand zit te wachten op een kapotte auto of een lek dak dat niet vervangen kan worden.

In het kort:
  • Er is geen universeel antwoord op de vraag hoe groot je financiële buffer moet zijn, dat is afhankelijk van je persoonlijke situatie. Dit kun je zelf berekenen, met behulp van een online rekentool.
  • Hoe hoger je lasten, hoe hoger je financiële buffer ook moet zijn. Om snel een financiële buffer op te bouwen, helpt het daarom om te kijken op welke lasten je kunt besparen.
  • Het is belangrijk snel een financiële buffer op orde te hebben, maar bedenk wel wat realistisch is voor jouw situatie.
  • Door verschillende potjes aan te maken, behoud je het overzicht en lijken de spaardoelen behapbaar. Verdeel financiële meevallers over deze potjes.

1. Bereken hoe groot jouw financiële buffer moet zijn

Het Nibud is een stichting die informeert en adviseert over financiën van huishoudens. Voor het opstellen van een financiële buffer hebben ze een handige tool gemaakt waarmee je precies kunt berekenen hoeveel je nodig hebt in jouw persoonlijke situatie. Je financiële buffer bereken je met hun BufferBerekenaar. Heb je duidelijk hoe groot je buffer is, dan is het tijd om daarnaar toe te werken.

2. Krijg je uitgaven inzichtelijk en kijk waar je op kunt besparen

Je buffer is afhankelijk van je vaste lasten. Des te hoger je vaste lasten, des te hoger je financiële buffer ook moet zijn. Het is dus van essentieel belang om je uitgaven inzichtelijk te maken en te kijken of je daarop kunt besparen. Elke euro die je niet hoeft uit te geven is namelijk wel weer mooi meegenomen. Vaste lasten waar vaak op te besparen valt zijn je zorgverzekering, gas en energie en streamingsdiensten. Online zijn genoeg vergelijkingssites te vinden om de goedkoopste aanbieders te vinden.

3. Bepaal wat voor jou een realistisch spaardoel is om tot een financiële buffer te komen

Je weet hoeveel er maandelijks binnenkomt, en na het volgen van punt 2 hopelijk ook wat er uitgaat aan vaste lasten. Nu is het geen simpel rekensommetje dat je het verschil tussen die twee kunt besparen. Want je hebt ook nog een leven en je wil leven. Wat is dan realistisch om elke maand opzij te zetten? Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de 50/30/20-regel. Hierbij geef je maximaal 50% van je inkomen uit aan vaste lasten, gebruik je 30% om te leven en spaar en beleg je de overige 20%.

4. Maak verschillende spaarpotjes aan om overzicht te houden

Het is natuurlijk lekker om het bespaarde geld op een hoop te gooien en als één mooi bedrag te zien. Het is alleen efficiënter om gebruik te maken van meerdere spaarpotjes. Maak er bijvoorbeeld een voor je auto, een voor het onderhouden van je huis en tuin en een voor onverwachte rekeningen. Zodoende krijg je inzichtelijker naar welke spaardoelen je toewerkt. Niet alleen sparen voor meerdere doelen werkt trouwens, hetzelfde geldt voor beleggen met meerdere doelen.

5. Gebruik financiële meevallers altijd eerst voor je financiële buffer

Een bonus van het werk, vakantiegeld of misschien wel een teruggave van de Belastingdienst… Het zijn financiële meevallers die mooi meegenomen zijn. Maar het is belangrijk dat je ze altijd eerst gebruikt om je financiële buffer mee op te bouwen. Vaak gaat het om een mooi bedrag dat meteen een flinke bijdrage leveren.

Verdeel ze dan ook snel over je verschillende spaarpotjes, dan kom je ook niet in de verleiding om het geld uit te geven. Misschien niet zo leuk op de korte termijn, maar op de lange termijn zul je er profijt van hebben.