Bij deflatie daalt het algemene prijsniveau. Dit leidt er toe dat producten goedkoper worden en je meer kunt kopen voor hetzelfde geld. Dit lijkt positief voor je portemonnee maar voor de lange termijn is deflatie schadelijk voor de economie.

Als over een lange tijd prijzen dalen stel je aankopen uit. Als we het wat overdrijven: waarom zou je vandaag €10.000 voor een auto uitgeven als je daar volgende maand misschien wel maar €8.000 voor neer hoeft te leggen? Je houdt de hand op de knip.

Daardoor maken bedrijven minder winst. Het gebrek aan winst moeten ze zien op te vangen door productiekosten te verlagen en misschien wel door werknemers te ontslaan. Ontslagen werknemers hebben daardoor minder te besteden en dit kan een aanleiding zijn voor een recessie. Het tegenovergestelde van deflatie is inflatie.


Oorzaken deflatie

Er kunnen meerdere oorzaken zijn die zorgen voor deflatie. Hieronder leggen we deze kort uit:

  • Dalende productiekosten van bedrijven. Als de prijzen van grondstoffen dalen en er technologische verbeteringen optreden waardoor bedrijven minder kosten maken, dan kunnen ze deze dalende kosten doorberekenen in de prijs. Deze wordt dan lager en producten worden goedkoper.
  • Minder bestedingsruimte bij de consument. Als je als consument minder te besteden hebt, dan neemt de vraag naar producten af. Om toch producten te verkopen kunnen bedrijven de prijzen van hun producten verlagen.
  • Banken creëren schaarste. Als banken minder snel leningen geven is er minder geld om te besteden door consumenten en bedrijven. De vraag neemt wederom af en producten worden goedkoper.
  • De overheid verhoogt de rentes. Als de overheid de rentes verhoogt wordt het aanbod van het geld verlaagt. Met minder beschikbaar geld is er minder besteedbaar inkomen, minder vraag naar goederen, en zullen prijzen wederom dalen.