Een nabestaandenpensioen is een uitkering bij overlijden en die wordt uitgekeerd aan de nabestaande en eventuele (minderjarige) kinderen. Dit kan bijvoorbeeld een nabestaandenuitkering of een levensverzekering zijn.

Er zijn verschillende soorten nabestaandenpensioen (die elkaar kunnen aanvullen):

  • Algemene nabestaandenwet (Anw). De Anw geef nabestaanden een basisuitkering (wel onder voorwaarden). Iedere Nederlander is automatisch verzekerd voor de Anw.
  • Aanvullend nabestaandenpensioen van de zaak. Als de partner die is te komen overlijden in loondienst was dan heeft de nabestaande meestal recht op een aanvullend nabestaandenpensioen. Dit komt bovenop de uitkering van de Anw.
  • Levensverzekering. Door een particuliere levensverzekering af te sluiten zorgt men ervoor dat de nabestaande extra inkomen heeft na het overlijden van de partner.


Wat is de hoogte van het nabestaandenpensioen?

De hoogte van het nabestaandenpensioen is meestal rond de 70 procent van het te bereiken ouderdomspensioen. Wanneer de overleden partner tussentijds één of meermalen van werkgever is veranderd, dan bouwt men geen volledig ouderdomspensioen op. Dat heeft dan ook gevolgen voor het nabestaandenpensioen. Meer hierover is terug te vinden op de website van de Belastingdienst.


Wanneer heb ik recht op nabestaandenpensioen?

Als je getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap bent aangegaan, dan heb je als nabestaande recht op een nabestaandenpensioen. In de meeste pensioenregelingen heb je als nabestaande ook recht op een nabestaandenpensioen als je samenwoont. Hierbij wordt dan wel verwacht dat er een samenlevingscontract is of dat er kinderen zijn.


Wanneer stopt het nabestaandenpensioen?

Je nabestaandenpensioen stopt als je niet meer aan specifieke voorwaarden voldoet. Bijvoorbeeld als je de AOW-leeftijd bereikt, of als je woonsituatie verandert. We geven een overzicht van wanneer je nabestaandenpensioen stopt:

  • Je bereikt de leeftijd waarop je een AOW-uitkering ontvangt.
  • Je hertrouwt, gaat een geregistreerd partnerschap aan of gaat samenwonen. Bij samenwonen is de beëindiging niet meteen definitief. Als je besluit om binnen 6 maanden weer alleen te gaan wonen, krijg je opnieuw een nabestaandenuitkering.
  • Je bent niet langer minstens voor 45% arbeidsongeschikt.
  • Je verblijft langer dan 1 maand in de gevangenis of in een huis van bewaring. Na je vrijlating kun je opnieuw nabestaandenpensioen krijgen.
  • Je jongste kind wordt 18 jaar. Of gaat het huis uit of gaat tot het huishouden van een ander behoren.
  • Als je in het buitenland gaat wonen. Of je nabestaandenuitkering eindigt, is afhankelijk van het land waar je gaat wonen.
  • Wanneer je komt te overlijden, stopt je Anw-uitkering. Je thuiswonende kinderen of hun verzorger ontvangen dan een overlijdensuitkering.