De vermogenswinstbelasting is de belasting die je hoogstwaarschijnlijk vanaf 2027 gaat betalen over vastgoed en andere beleggingen die niet aan de beurs genoteerd zijn. Je betaalt deze belasting niet jaarlijks, maar op het moment dat je je beleggingen verkoopt. Over het verschil tussen de aankoopwaarde en verkoopwaarde, betaal je deze belasting.
De kosten die je maakt bij het onderhouden van je vastgoed, zijn direct aftrekbaar. Kosten die je maakt om de waarde van het vastgoed te verhogen, zoals een uitbouw, mag je aftrekken op het moment dat je de verkoop hebt afgerond en vermogenswinstbelasting gaat betalen.
Let op: over de inkomsten die je met je beleggingen verdient, zoals huur, pacht en winst-uitkeringen, betaal je wél direct belasting.
Een vakantiewoning mag dan in theorie onder vastgoed vallen, als je dit voor eigen gebruik bezit, is dit een uitzondering op de regel wat betreft de vermogenswinstbelasting. Voorgesteld is nu om hier een fictief rendement over te betalen, waarschijnlijk zo’n 4% van WOZ-waarde. De belasting die je daadwerkelijk afrekent aan de fiscus zal zo’n 35% van die 4% zijn.
Op het moment dat je je vakantiewoning verkoopt, hoef je geen belasting te betalen over de eventuele winst die je dan behaald.
De vermogenswinstbelasting is de opvolger van de vermogensrendementsheffing, in de volksmond ook wel de vermogensbelasting genoemd. Deze opvolging was nodig omdat momenteel niet het werkelijk behaalde rendement wordt belast, maar een fictief rendement. Hierdoor kan het gebeuren dat je belasting moet betalen over rendementen die je niet hebt behaald, wat oneerlijk is.
De vermogenswinstbelasting geldt niet voor spaargeld en beursgenoteerde beleggingen. Daarover betaal je straks vermogensaanwasbelasting, belasting over de rente of rendement dat je dat jaar hebt verdiend.
Of de belasting in box 3 er daadwerkelijk zo gaat uitzien in 2027, hangt af van de verkiezingen, het gekozen kabinet en hun beslissingen.